Montessorionderwijs
Het montessorionderwijs is gebaseerd op de ontwikkeling van ieder individueel kind. Elk kind komt in een ‘gevoelige periode’ terecht. In deze periode staat het kind meer open voor een bepaald aspect en ontwikkelt zich, door deze extra belangstelling, makkelijker en sneller dan anders. Aan de leerkracht is het de taak om deze periode te herkennen en het kind de mogelijkheid te geven om zich te ontwikkelen door onder andere materiaal te verschaffen en het kind te begeleiden in zijn/haar activiteiten. Iedere ochtend zoekt het kind een taak uit in zijn/haar eentje of met een groepje kinderen van verschillende leeftijden. Het montessorionderwijs heeft namelijk heterogene groepen, dat wil zeggen dat de groepen bestaan uit verschillende leeftijdsgroepen. De onderbouw bestaat uit kinderen van vier tot zes jaar, de middenbouw uit kinderen van zes tot negen jaar en in de bovenbouw zitten kinderen van negen tot twaalf jaar. In iedere groep zitten kinderen van alle drie de leeftijdsgroepen waardoor ieder kind dus één keer de jongste, één keer de middelste en één keer de oudste is. Het materiaal dat wordt gebruikt bij deze onderwijsvorm is zo ontworpen dat kinderen de fouten die zij maken direct kunnen herkennen en moeten herstellen om verder te kunnen werken. Al met al leren kinderen op het montessorionderwijs dus zelfstandig en kunnen zij van elkaar leren in plaats van, van een leerkracht die voor de klas staat. Een bekende uitspraak van het montessorionderwijs is: “Help mij het zelf te doen”.
Het montessorionderwijs is ontwikkelt door de eerste vrouwelijke arts van Italië: Maria Montessori. In 1896 studeerde zij af van haar studie medicijnen en in 1907 opende zij Casa dei Bambini, een opvanghuis in een arme sloppenwijk in Rome. Hier ontwikkelde zij in een korte tijd een nieuwe onderwijsvorm die nu wordt gezien als het montessorionderwijs.